637 Directie van het Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch te Castricum (Bakkum)
637
Directie van het Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch te Castricum (Bakkum)
Inleiding
3. Geschiedenis van het Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch
637 Directie van het Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch te Castricum (Bakkum)
Inleiding
3.
Geschiedenis van het Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch
laatste wijziging 15-09-2016
De geschiedenis van Duin en Bosch gaat terug tot het begin van de 20-ste eeuw. In 1904 werd begonnen met de bouw van Duin en Bosch en in 1909 waren de paviljoens, drie voor vrouwen en drie voor mannen, en de bijbehorende gebouwen gereed. De zes paviljoens boden plaats aan 732 patiënten (Koninklijk Besluit 16 oktober 1909, Staatsblad 340). Bij de bouw van Duin en Bosch is gekozen voor een spreiding van verpleging van patiënten, om rustige patiënten meer bewegingsvrijheid te bieden. Tijdens de voorbereiding van de bouw van een tweede provinciaal ziekenhuis was de stijging van het aantal aanvragen om plaatsing van patiënten in Amsterdam verontrustend. In het Wilhelminagasthuis bevonden zich in 1904 82 patiënten die voor plaatsing in een provinciaal ziekenhuis in aanmerking kwamen. Voor tijdelijke huisvesting werd toen gekozen voor het juist ontruimde jongensweeshuis aan de Zwanenburgwal te Amsterdam. Bij Koninklijk Besluit van 26 augustus 1904 werd toestemming verleend het gebouw tot 31 december 1908 te gebruiken voor de verpleging van patiënten. Begin mei 1909 vertrokken de adjunct-directrice met enig personeel en enkele patiënten van het gesticht aan de Zwanenburgwal te Amsterdam naar Castricum.
Eind mei 1909 konden de overige patiënten naar Duin en Bosch worden overgeplaatst, hiermee was het ziekenhuis in gebruik genomen. De Tweede Wereldoorlog is ook aan Duin en Bosch niet ongemerkt voorbijgegaan. In augustus 1940 werd het ziekenhuis getroffen door een aantal bommen, waarbij twee patiënten de dood vonden en acht patiënten ernstig gewond raakten. In juni 1942 volgde, op last van de Duitse bezetter, een algehele evacuatie, wegens de uitbreiding landinwaarts van de kustverdediging (de Atlantikwal liep ten oosten van Duin en Bosch). Patiënten en personeel werden ondergebracht in psychiatrische inrichtingen in Warnsveld, Den Dolder, Medemblik en Rosmalen. Eind 1946 was het oorlogsleed geleden en stond Duin en Bosch gehavend ter beschikking van de patiënten. Vroeger werden de paviljoens kil aangeduid met de categorie patiënten waarvoor ze bestemd waren plus een nummer; bijvoorbeeld 'Vrouwen I' of 'Mannen II'. Sinds 1963 zijn de paviljoens vernoemd naar plaatsen uit het duinterrein, zoals 'Koningsduin', 'Schellinkbosch' etc. Tevens was de strakke scheiding tussen mannen en vrouwen niet langer meer aanwezig. In de jaren vijftig en zestig hebben zich op het gebied van de psychiatrie ingrijpende ontwikkelingen voorgedaan.
In 1952 werd onder andere een geneesmiddel toegepast dat het psychisch functioneren van de mens vérgaand beïnvloedde. Als gevolg hiervan werden gebouwen gemoderniseerd en de medische uitrusting uitgebreid. Het bestuur van Medemblik werd in 1923 overgedragen aan de Commissie van Bestuur van Duin en Bosch. In 1955 werd besloten Medemblik geleidelijk op te heffen. In dat jaar werd mevrouw J.A. Buiter- Kloosterman eerste geneesheer-directeur in Medemblik tot de opheffing, tevens was zij eerste geneesheer-directeur van Duin en Bosch. In verband met de opheffing van het Provinciaal Ziekenhuis te Medemblik, en de overplaatsing van de daar aanwezige patiënten, alleen mannen, naar Duin en Bosch werden in 1967 drie nieuwe paviljoens gebouwd. In 1973 besloot het College van Gedeputeerde Staten (GS) de herziening van de directiestructuur van het Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch in gang te zetten. Dit leidde tot de samenstelling van de werkgroep directiestructuur. De werkgroep voerde overleg met GS over de totale organisatiestructuur en tevens de gewenste directiestructuur. Het gehele ziekenhuispersoneel werd geïnformeerd en er werd gelegenheid gegeven tot inspraak. Er werd onderscheid gemaakt in een coördinerend stelsel voor de uitvoering en een beleidsparticiperend stelsel voor de beleidsvorming.
Er werd voorgesteld een Beleidsvoorbereidend Orgaan (BVO) te vormen, waarin een ieder een bijdrage zou kunnen leveren aan het te voeren beleid. Het doel van de BVO was het integrale beleid voor te bereiden. Besluiten over voorstellen werden genomen door leden van het BVO, de directie besliste over voorstellen van het BVO. In 1975 ging een Interim Beleidsvoorbereidend Orgaan (IBVO) van start. Het ontwerpen van een reglement vormde een belangrijk taak om te komen tot een definitief BVO. In een toespraak door de Commissaris van de Koningin, drs. R.J. de Wit, in 1984, werd al gezinspeeld op een grotere, onderlinge afhankelijkheid van instellingen binnen de regio. Zo kon men op een adequatere wijze inspelen op ontwikkelingen binnen de geestelijke gezondheidszorg. In 1993 werden voorbereidingen getroffen voor een reorganisatie. Redenen hiervoor waren marktontwikkelingen, stelselherzieningen en veranderende management-opvattingen. In 1993 moesten ook voorwaarden worden geschapen om de organisatie in staat te stellen vanaf 1994 zelf de zaken op orde te brengen en te houden. Hiertoe verscheen in het najaar van 1993 de nota 'Ontwikkelingsstrategie Duin en Bosch' (nummer 44). Provinciale Staten van Noord-Holland namen op 13 september 1993 het besluit tot privatisering van Provinciaal Ziekenhuis Duin en Bosch, en de oprichting van 'Stichting Psychiatrisch Ziekenhuis Duin en Bosch' per 1 januari 1994.
Als bestuursvorm werd gekozen voor het Raad van Toezicht-model. De directie werd belast met het bestuur van het ziekenhuis, de beleidsbepaling en de dagelijkse leiding. Een Raad van Toezicht adviseerde de directie en was het orgaan waaraan de directie verantwoording aflegde voor het gevoerde beleid.
laatste wijziging 17-01-2024
322 beschreven archiefstukken
18 gedigitaliseerd
totaal 1.562 bestanden
Inventaris
laatste wijziging 17-01-2024
322 beschreven archiefstukken
18 gedigitaliseerd
totaal 1.562 bestanden
Kenmerken
Datering:
1909-1993
Omvang in meters:
6,75
Periode documenten:
(1905) 1909-1993 (1995)
Openbaarheid:
gedeeltelijk openbaar
Opheffing openbaarheidsbeperking:
toestemming directeur
Raadpleegmogelijkheid:
Haarlem, Jansstraat, raadpleging mogelijk na transport
Gebruiksinformatie:
Inventaris inv.nrs. 1-322. Bij de volgende inv. nrs. zijn beperkende bepalingen ten aanzien van de openbaarheid gesteld. Inv.nr. 245 openbaar vanaf 2029, inv.nr. 259 openbaar vanaf 2066 en inv.nr. 261 openbaar vanaf 2067.
Gemeente:
Provincie Noord-Holland
Categorie:
laatste wijziging 17-01-2024
322 beschreven archiefstukken
18 gedigitaliseerd
totaal 1.562 bestanden