Menu

Uw zoekacties: Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Gooiland te Hilversum

879 Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Gooiland te Hilversum

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Geschiedenis van de Kamers van Koophandel in Nederland
2. De Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Gooiland
879 Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Gooiland te Hilversum
Inleiding
2.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Gooiland
Met de opkomst aan het einde van de 19e eeuw van Hilversum en in mindere mate Bussum als industrieplaatsen, ontstaat aldaar de behoefte aan een Kamer van Koophandel. Vanaf dat moment bewerken plaatselijke fabrikanten de Hilversumse gemeenteraad voor een dergelijk initiatief. Hilversum neemt - zo schrijven enige plaatselijke fabrikanten in 1913 aan de lokale bestuurders - inmiddels in Nederland een aansprekende positie in op het gebied van handel en industrie; het aantal werkzame personen is in de periode 1899-1909 gegroeid van 5.185 tot 11.395 en het is wat betreft inwoneraantal op dat moment de achttiende stad van Nederland. 84 Plaatsen zijn dan inmiddels voorzien van een Kamer; het spreekt voor zich dat Hilversum niet achter kan blijven. Het gemeentebestuur gaat akkoord en met ingang van 11 mei 1914 heeft ook Hilversum een Kamer van Koophandel en Fabrieken.
Op 1 maart 1916 krijgen de gemeenten Bussum en Naarden een gemeenschappelijke Kamer, die zitting houdt in Naarden. Ook Huizen heeft een eigen Kamer van Koophandel. De drie gemeentelijke Kamers houden volgens de Wet op de Kamers van Koophandel van 26 maart 1920 op te bestaan en gaan op in een nieuwe regionale Kamer van Koophandel voor Gooiland. Haar werkgebied omvat het Gooi en de Hollandse Vechtstreek, tot 1 januari 1951 ook de Utrechtse gemeenten Baarn, Eemnes en Bunschoten.
Op 1 april 1922 worden de gemeentelijke Kamers officieel ontbonden en treden de nieuwe Kamers in werking. In het Hilversumse hotel 'Hof van Holland' vindt op die dag de eerste vergadering van de Kamer van Koophandel voor Gooiland plaats.
Onder de Wet van 1920 groeiden de Kamers uit van administratieve lichamen tot instellingen die niet alleen de bij de wet opgedragen werkzaamheden verrichten, maar tevens meer door de overheid bij haar economische maatregelen werden ingeschakeld. In 1922 werden verschillende vaste commissies uit de Kamer gevormd, welke zich ieder op een bepaald terrein specialiseerden. Daarnaast werden nog commissies adhoc geformeerd ter behandeling van speciale actuele onderwerpen.
Op 1 april 1942, de Duitse bezetter vergroot via allerlei maatregelen zijn greep op het openbaar bestuur, worden de Kamers grondig gereorganiseerd. De meest ingrijpende wijziging is het vervangen van de economische-regionale Kamerstructuur door een provinciale. In plaats van 36 komen er 11 Kamers van Koophandel. De belangrijkste Kamer in een provincie wordt bevorderd tot provinciale Kamer van Koophandel; de overige 25 kamers krijgen de status van bijkantoor. Dit betekent dat de Gooilandse Kamer in Amsterdam komt, met nevenvestigingen in Zaandam, Alkmaar en Haarlem.
Daarnaast wordt het beheer van de Kamers autoritair ingericht: de voorzitter van de Kamer krijgt vergaande bevoegdheden. Hij wordt voor een periode van twee jaar aangesteld door de Secretaris-Generaal van het departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart.
Na de bevrijding maakt de Nederlandse regering op 31 mei 1945 de door de Duitse bezetter genomen maatregelen gedeeltelijk ongedaan. Het 'leidersbeginsel' wordt terzijde geschoven, de provinciale indeling van de Kamers blijft echter vooralsnog bestaan. Dat geeft aanleiding tot morren. Zo ervaren de Noord-Hollandse Kamers het provinciale verband als een knellend keurslijf, met name vanwege de overheersende rol van Amsterdam. Officieus werkt 'Hilversum' vanaf 1945 weer als een zelfstandige kamer, officieel duurt dit echter nog tot 1 januari 1951. De overheid bepaalt echter dat de gebieden van de Kamers niet langer provinciegrenzen mogen overschrijden. De Gooise Kamer verliest daardoor de gemeenten Baarn, Eemnes en Bunschoten aan haar Amersfoortse collega.
Bij de wetswijziging van 1951 werd de werkwijze van de Kamer aangepast aan de veelheid van taken die vooral na de Tweede Wereldoorlog werd opgedragen. Uitsplitsing naar ter zake kundige commissies bleek gunstig te werken. De Wet van 1951 was, volgens afspraak, van tijdelijke aard. Het duurde evenwel tot 4 juli 1963 dat de nieuwe gewijzigde wet op de kamers van koophandel in werking trad. De belangrijkste wijziging betrof het benoemingsrecht dat in handen werd gelegd van de organisaties in het bedrijfsleven, na overleg met het bestuur van de Kamer.
De Kamer start in 1922 aan de Langestraat 118 in Hilversum. Hier huurt zij in het achterhuis van een expeditiebedrijf een suite en twee archiefkamertjes voor dertien gulden wekelijks. Op 30 oktober 1925 wordt op een veiling een oude villa aan het Melkpad 26 gekocht. Men richt een aantal kamers in als kantoor op de benedenverdieping. In 1949 oordeelt het bestuur dat een verbouwing aan het pand noodzakelijk is. De belangrijkste verandering is dat er een ruime balie met afgescheiden loketten komt. Daarnaast krijgt de secretaris een nieuw kantoor, zijn oude kantoor wordt leeszaal. Als in 1953 twee grote kamers op de eerste verdieping vrijkomen - deze zijn tot dan toe verhuurd - worden deze verbouwd tot een grote vergaderzaal. In 1960 plaatst men nog een bijgebouw aan het kantoor.
In het begin van de jaren tachtig groeit de Kamer uit haar jasje. Opnieuw heeft de tijd het kantoorgebouw ingehaald. Dit keer wordt besloten tot volledige nieuwbouw. Architectenbureau Tauber zet op de plaats van de tachtig jaar oude villa een geheel nieuw kantoorgebouw neer van vier verdiepingen. Tijdens de bouwperiode, van maart 1981 tot oktober 1982, is de Kamer tijdelijk ondergebracht op het industrieterrein in Naarden. In 1996 volgt opnieuw een ingrijpende verbouwing. De beschikbare ruimte is te klein en de inrichting van het kantoor niet publieksvriendelijk genoeg. Het bestaande kantoorgebouw krijgt een geheel nieuwe vleugel en een grondige facelift. De officiële opening vindt plaats op 18 december 1996.
In 1997 werd het 75-jarig bestaan van de Kamer gevierd. Bij deze gelegenheid werd een gedenkboek uitgegeven over de periode 1922-1997 (zie inv.nr. 49).
De Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Gooiland en de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Eemland zijn per 1 januari 1998 gefuseerd onder de naam Kamer van Koophandel Gooi- en Eemland.
3. Het archief en de verantwoording van de inventarisatie
4. Werkgebied van de Kamer
5. Bijlagen
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1922-1997
Omvang in meters:
4,55
Periode documenten:
1922-1997
Openbaarheid:
openbaar
Raadpleegmogelijkheid:
Haarlem, Jansstraat, raadpleging mogelijk na transport
Gebruiksinformatie:
Inventaris inv. nrs. 1-61. Lijsten van voorzitters, 1922-1998, en secretarissen, 1922-1998, in de inventaris.