Menu

1455 Culturele Stichting Velser Gemeenschap (VG) te Velsen
Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
Na de Tweede Wereldoorlog verkeerde de gemeente Velsen (met name de gemeentedelen IJmuiden en Velsen-Noord) in een desolate toestand. Hele wijken waren afgebroken, een groot deel van de bevolking was geëvacueerd. Door de betrekkelijk snel aangevangen wederopbouw met veel hoogbouw, gepaard gaande met het binnenkomen van veel van elders komend personeel van Hoogovens en andere bedrijven, ontstond rond 1950 een situatie, waarin zowel 'oude' als 'nieuwe' inwoners zich moeilijk thuis voelden.
Vanaf de oprichting op 12 maart 1953, heeft de Stichting Velser Gemeenschap (VG), op verzoek van het Velsens gemeentebestuur, zich tot taak gesteld de burgerzin van de bevolking te bevorderen. De organisatievorm was gebaseerd op het verenigingsleven (cultureel en aanvankelijk ook maatschappelijk). Voorts fungeerde de VG als ontmoetingspunt voor inwoners met verschillende levensbeschouwingen. De verenigingen, verenigd in secties vanaf 1972 werkgroepen genoemd, werkten samen ter stimulering, verbetering en propagandering van haar werkzaamheden. Leden van de werkgroepen hadden een gezamenlijke afvaardiging naar het algemeen bestuur, andere organisaties hadden zelf een vertegenwoordiger. Het dagelijks bestuur kende ook leden van buiten; zo was aanvankelijk de voorzitter een wethouder van de Gemeente Velsen.
Daarnaast kwam uit het verenigingsleven een aantal Velsenaren naar voren, die andere activiteiten leidden. Het gemeentebestuur van Velsen werkte in de eerste jaren nauw samen met de VG, onder meer met betrekking tot de subsidiëring van het verenigingsleven, het contact met de bevolking, de organisatie van velerlei evenementen (o.m. de opening van het stadhuis in 1965) en het adviseren van vele zaken op cultureel en maatschappelijk gebied. De ingebruikneming van het Cultureel Gebouw aan het Moerbergplantsoen in 1952, speciaal voor het verenigingsleven, paste hierbij.
In 1958 telde de stichting niet minder dan 162 aangesloten verenigingen en organisaties, verdeeld in:
1. Muziekverenigingen (14);
2. Zangverenigingen (23);
3. Toneelverenigingen (16);
4. Verenigingen voor volksontwikkeling (12);
5. Verenigingen en instellingen op sociaal terrein (27);
6. Instellingen voor jeugdwerk (55);
7. Overige (15); hieronder bevonden zich o.a. de Oranjeverenigingen, de Bond van Oud Illegale Werkers Velsen en de Vereniging tot het houden van Nationale Dagen te Santpoort.
In de loop van de jaren maakte het gemeentebestuur steeds minder gebruik van diensten van de stichting, hetgeen invloed had op het imago van de VG. Daarnaast ging het verenigingsleven een aanzienlijk minder belangrijke plaats innemen in het leven van de gemiddelde burger terwijl de samenwerking tussen verschillende personen en groeperingen van diverse geestelijke stromingen zo vanzelfsprekend was geworden, dat deze niet langer hoefde te worden gestimuleerd.
In 1972 werd de doelstelling van de stichting gewijzigd: de werkzaamheden op sociaal-maatschappelijk terrein werden afgestoten en verder verzorgd door de pas opgerichte Stichting voor Samenlevingsopbouw, STISA. De VG ging met 99 aangesloten verenigingen verder als Kulturele Stichting De Velser Gemeenschap en beperkte zich tot hun belangenbehartiging.
Na verloop van tijd was gebleken, dat het door de gewijzigde omstandigheden beter was, om enkele organisaties verder zelfstandig, in de vorm van een aparte stichting, te laten opereren en niet langer als een commissie van de VG. Dit waren onder meer de Volksmuziekschool - later Muziekschool geheten - in 1964; in 1984 zou deze school samen met het Creativiteitscentrum verder gaan als Centrum voor Kunstzinnige Vorming. De Velser Kunstkring 'Voor Allen', die onder meer de programmering van de Stadsschouwburg Velsen verzorgde, werd in 1979 de Stichting Theater en Muziek; de Volksuniversiteit zou in 1981 een andere organisatievorm krijgen. Ook in de verhouding met de overheid traden wijzigingen op, vanaf 1984 zaten er geen vertegenwoordigers uit de gemeenteraad meer in het bestuur van de VG. In hetzelfde jaar was het ook de laatste keer dat de intocht van St. Nicolaas werd georganiseerd/gecoördineerd door de VG. In 1987 werd door het gemeentebestuur gepoogd de VG te laten fuseren met andere, op het welzijn van de bevolking gerichte, organisaties, maar wegens het onvoldoende kunnen waarborgen van de eigen identiteit van de VG, werd hierop niet ingegaan. De gemeente wenste zich steeds meer afzijdig te houden van het werk, hetgeen resulteerde in een verminderde financiële bijdrage. Ook de hulp op administratief gebied werd aangepast. Bij het ontstaan van de VG had men administratieve ondersteuning van enkele ambtenaren van de afdelingen Cultuurzaken en Jeugdzaken van de gemeente Velsen met enkele medewerkers, m/v, gekregen, aanvankelijk gehuisvest in het Cultureel Gebouw aan het Moerbergplantsoen, na de afbraak hiervan in een voormalig schoolgebouw aan de Eenhoornstraat en tenslotte, vanaf 1997, in een gelijksoortig gebouw aan de P.J. Troelstraweg 20. Deze ondersteuning werd uiteindelijk teruggebracht tot een secretaresse voor enkele dagdelen per week.
Bij de jeugdverenigingen kwam de nadruk steeds meer te liggen op sportbeoefening en daarnaast popmuziek. Het beschikbaar komen van de vroegere PEN(elektriciteits)-centrale aan de Kanaalstraat, (het Witte Theater), en een deel van het vroegere klooster aan dezelfde straat, was van wezenlijk belang. In 1985 werd de Velser Jeugd Centrale (VJC) opgeheven en werd de Stichting Jeugd- en Jongerenbelangen gevormd.
De VG bevorderde het in eigen beheer vervaardigen van decors ten behoeve van de uitvoeringen van het amateurtoneel door het Decoratelier, in 1991 gehuisvest in het gymnastieklokaal van de Willem de Zwijgerschool aan de Platanenstraat. De opslag vond plaats in het vroegere Thaliatheater. Van 1993 tot 2004 huurde men de Duinwijkzaal aan de Radarstraat, daarna werd verhuisd naar het Witte Theater. Veel energie werd ook gestoken in de zoektocht naar geschikte ruimtes voor de uitoefening van de verschillende verenigingsactiviteiten
In 2003 was het totale aantal bij de VC aangesloten verenigingen gedaald tot 50:
1. Leden van de werkgroep Muziek (10);
2. Leden van de werkgroep Zang (17);
3. Leden van de werkgroep Theater (12);
4. Leden van de werkgroep Vrije tijd (11). Tot deze groep behoren o.a. radioamateurs, volkstuinders, bijenhouders, genealogen en aquariumhouders.
In 2004 zou de naam van de VG opnieuw worden gewijzigd; nu in: Culturele Stichting Velser Gemeenschap.
Inventaris
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1951-2003
Omvang in meters:
1,75
Periode documenten:
1951-2003 (2010)
Openbaarheid:
openbaar
Raadpleegmogelijkheid:
Gebruiksinformatie:
Inventaris inv. nrs. 1-145. Zie ook de archieven: Commissie Mindervalide Kinderen (MIVAKI) van de Stichting Velser Gemeenschap te Velsen, 1957-1978, en Commissie Vakantiewerk Speliade te Velsen, (1976) 1978-1987 (1988).
Gemeente:
Velsen