Menu

1614 Familie Van Sypesteyn te Haarlem
Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inventaris
3. Regestenlijst
1614 Familie Van Sypesteyn te Haarlem
3.
Regestenlijst
NB:
In deze regestenlijst zijn opgenomen oorkonden tot het jaar 1600, zowel in originali als in afschrift aanwezig.
38 Johannes Spierinck, notaris te Utrecht, instrumenteert, dat Johannes de Nyenroede, willende vermijden, dat na zijn dood geschil zal ontstaan tussen Gerarda, zijn legitieme vrouw en zijn kinderen, zijn testament heeft gemaakt, welke hij getoond heeft en waarbij hij aan zijn oudste dochter Heyl, vrouw van Wouter Uuten den Ham toezegt de brinkweer, welke de kinderen van Claas Hijnen nu bewonen, aan zijn zoon Gijsbrecht, de brinkweer, waar Jacob Franckensz. en Frans Petersz. op wonen, aan zijn dochter Cunera een stuk land genaamd de Hornebroek en 9 morgen land nu gebruikt door de weduwe van Gijsbert Jansz., aan zijn oudste zoon Splinter de brinkweer, waar Claas Vastertsz. op woont en aan zijn zoon Frans land te Overkerk; dat hij mede getoont heeft het consent d.d. 21 oktober 1503, hem door Philips, hertog van Bourgondië gegeven om over zijn goederen te mogen disponeren, behoudelijk, dat hij, suppliant geen bastaard zij en de leengoederen niet sterflijk zijn, noch gegeven worden aan
enige kerk, klooster, godshuis of geestelijke persoon, alsmede onder voorwaarde, dat aan wie leengoederen gegeven zullen worden, gehouden zullen zijn, binnen 6 weken na het overlijden van de erflater, eed, hulde en manschap te doen en de rechten daarop staande zullen betalen, van welke twee brieven de notaris op verzoek van Van Nyenrode één akte heeft opgemaakt en met zijn signet heeft getekend te Utrecht ten huize van Gerardus de Suggeroede, kanunnik van S. Salvator te Utrecht, gelegen binnen de immuniteit van de kerk van S. Pieter., 1503 october 31
74 Bij tussenkomst van Johan van der Hare en Johan van Dompseler, hebben Cornelia van Waveren, weduwe van Nyenrode, Cornelis van Nyenrode, kanunnik ten Dom van Utrecht, Jacob van Nyenrode, Johan van Nyenrode, gebroeders, Johan Monicks, als man en voogd van Margriet van Nyenrode en Mechteld van Nyenrode, ter ene zijde, en Henrick van Nyenrode ter andere zijde, een accoord gemaakt in de geschillen ter zake van de boedel, successie, erfenis en goederen van Ghijsbert van Nyenrode, hun man en vader, alsmede ter zake van diens testament, van de lenen en erfpachtsgoederen staande diens huwelijk aangekocht en van de timmeringe van het huis Guntersteyn en wel zó, dat Henrick van Nyenrode zal afstaan aan zijn moeder, broers, zwager en zuster, alle allodiale en deelbare goederen, hem aanbestorven bij dode van zijn vader, mits behoudende alle heerlijke goederen, uit welke hij, bij kinderloos overlijden, aan zijn broeders, zwager en zuster ieder vijftig Carolus guldens 's jaars losrente zal schenken, voor de helft uit twee hoeven land in het land van IJsselstein gelegen, te leen gehouden van het huis Nyenrode en voor de andere helft uit een ander perceel uit zijn leengoederen, daartoe goed zijnde; waarvoor de andere partij Henrick van Nyenrode kwijt van alle actiën, die zij op hem hebben ter zake van leengoederen en de reparatie van Gunterstein, terwijl Cornelia van Waveren aan Henrick kwijtscheldt de douairie, die zij heeft uit achttien en een halve morgen land te Breukelen gelegen, in leen gehouden van de abdij van Sint Paul te Utrecht, terwijl alle actiën, welke Gijsbert, de bastaard van Nyenrode heeft krachtens testament van wijlen Henrick van Nyenrode en die hij en zijn zuster Joosken hebben krachtens testament van Gijsbert van Nyenrode zaliger, door de eerste partij zullen worden voldaan., 1554 januari 17
136 Ridderschap, edelen en steden van Holland en West-Friesland oorkonden dat Jan Roo van Utrecht hun heeft opgedragen ten behoeve van Reinier van Oldenbarnevelt de hofstad van Groeneveld met de landen gelegen op 't Woudt bij Delft met ambachtsheerlijkheid en ambachtsgevolg met de visserij, manschappen en lenen, daartoe behorende, te houden van de Graaflijkheid en Hoge Overicheyt van Holland als bezitters van de heerlijkheid, goederen en gerechtigheden van het huis van Wassenaar, met nog 4 morgen land op 't Woudt in de Harnissche in de woning van Groeneveld, door wijlen mr. Jan van Utrecht gekocht van Henrick Croesing en sedert 1437 van de hofstad afgescheiden en steeds apart verlijd tot een onversterflijk erfleen, niet te versterven binnen achterzusterskind, te verheergewaden met een rode sperwer of 10 schellingen, wel verstaande dat Johan van Oudtbarnevelt de administratie daarvan zal hebben, totdat Reinier van Oudtbarnevelt 25 jaar oud zal zijn en dat aan Jan Roo van Utrecht en Anthonia Roelants, zijn huisvrouw en aan de langstlevende van hen, hun gehele leven gereserveerd blijft het genot van het jaarlijkse inkomen van voornoemde goederen, dat Reinier deze goederen bij zijn leven niet zal mogen bezwaren of vervreemden en dat hij na overlijden van laatstgenoemde aan zijn zusters Geertruydt en Maria een jaarlijkse erfrente zal betalen; nog heeft Jan Roo van Utrecht ten behoeve van Reinier van Oudtbarnevelt opgedragen de gehele hofstad van Den Tempel, gelegen bij Berkel, met 12 morgen land met de vrijdom van de grote- en smaltienden van die hofstede en de hoge, lage en middeljurisdictie van dien, waarop zij Reinier van Oudbarnevelt met de voorzegde drie lenen verleend hebben., 1592 augustus 21
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1437-1937
Omvang in meters:
14,25
Periode documenten:
1437-1937
Openbaarheid:
openbaar
Raadpleegmogelijkheid:
Gebruiksinformatie:
Inventaris inv.nrs. 1-1676. Inv.nrs. 177, 183-184, 188-191, 211-213, 224, 340, 375, 444, 787, 793, 960, 962-963, 966-979, 982-985, 989, 991, 999-1000, 1002, 1174, 1199, 1203-1204, 1206, 1210-1211, 1216-1220, 1222-1223, 1291, 1485, 1489-1490, 1492-1493, 1496-1499,1510, 1526, 1575-1577, 1579, 1582, 1584-1586, 1620 aanvragen op het nummer waarnaar in het N.B. verwezen wordt. Regestenlijst, genealogieën, index op persoonsnamen en index op plaatsnamen in de inventaris. Inv.nr. 733a is kwetsbaar en alleen onder toezicht te raadplegen. Inv.nrs. 281, 864-865, 1262, 1431, 1590 en 1643 ontbreken. In de Atlas van het Noord-Hollands Archief zijn geplaatst: uit inv.nr. 292 (potloodtekening familieportret Jacques Martini (1580-1650) naar Mijtens, 1647 [19e eeuw], inv.nr. 801, inv.nr. 1481, inv.nr. 1537.
Gemeente:
Haarlem