Menu

60 Krijgsraden van de Landmacht
Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Literatuur
2. Inleiding
3. Geschiedenis der krijgsraden en der auditeurs-militair na 1813.
Plaatsingslijst
5. Krijgsraden in de 1e militaire afdeling (1867-1873)
117-124 Door het Hoog Militair Gerechtshof bekrachtigde vonnissen, met bijlagen, 1867-1873
60 Krijgsraden van de Landmacht
Plaatsingslijst
5. Krijgsraden in de 1e militaire afdeling (1867-1873)
117-124
Door het Hoog Militair Gerechtshof bekrachtigde vonnissen, met bijlagen, 1867-1873
Uiterlijke vorm:
8 pakken
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1798-1913
Omvang in meters:
25,50
Periode documenten:
1798-1913
Openbaarheid:
openbaar
Raadpleegmogelijkheid:
Gebruiksinformatie:
Plaatsingslijst nrs. 1-174. Bevat archieven van de volgende krijgsraden: 1e en 2e militiaire arrondissement, 1798-1830, provinciaal commandement Noord-Holland, 1830-1858, 4e militaire afdeling, 1860-1867, 1e militaire afdeling, 1867-1873 en 4e militaire afdeling, 1874-1913. Er waren krijgsraden te Alkmaar (1798-1827), Hoorn (1798-1811), Amsterdam (1814-1816, 1819) en Haarlem (1819-1913). Deze colleges spraken recht over misdrijven en overtredingen van beroepsmilitairen en dienstplichtige soldaten. Voor de rechtbank verschenen militairen van de landmacht en mariniers die in Noord-Holland gelegerd waren. In de periode 1860-1874 verschenen voor de Krijgsraad te Haarlem ook militairen die in de provincie Utrecht gelegerd waren.