Menu

David Moolenburgh, burgemeester van Zandvoort, heeft twee documenten uitgekozen die van grote betekenis zijn voor zijn gemeente: de historische kwitantie en de Akte van belening die de aankoop van de Heerlijkheid Zandvoort door Paulus Loot in de achttiende eeuw bevestigen. ‘Een keerpunt in onze geschiedenis,’ aldus de burgemeester.

Paulus Loot kocht de Heerlijkheid – 300 jaar geleden – op 6 november 1722 op een openbare veiling van de Staten van Holland. ‘Zandvoort heette toen nog Santvoort,’ vertelt Moolenburgh. ‘Het was een dorpje achter de duinen, de bewoners leefden van de visserij en de aardappelteelt. De mensen hadden het zwaar; men noemde het gebied “de verdoemde duinen”.’ Daarnaast verwierf Loot op de veiling een drietal duinen en een bodeambt in het dorp.
Moolenburgh: ‘Paulus Loot zag wel brood in het kopen van deze Heerlijkheid. Zo stond hij aan de basis van de latere groei en welvaart van Zandvoort. Hij heeft de kerk gerestaureerd en een dominee en een schoolmeester aangesteld. Hij liet een kapel bij de Hervormde kerk bouwen, om daar zelf te worden begraven.’ Tot zijn dood in 1753 was Loot heer van Zandvoort. Een Heerlijkheid was een stuk grond dat eigendom was van de heer, die zijn gezag kon opleggen aan de bewoners ervan.

David Moolenburgh in de Janskerk

Lompenpapier

De originele kwitantie – een vel weelderig met inkt beschreven lompenpapier – is in bruikleen afgestaan aan het Zandvoorts Museum waar het document te zien is op een kleine tentoonstelling over Paulus Loot. Het is namelijk ‘Paulus Loot-jaar’. Behalve de tentoonstelling worden er nog meer activiteiten en evenementen rond dit thema georganiseerd. De viering van het jubileumjaar eindigt op 27 september 2023 – niet toevallig Loots 350ste geboortedag.
Paulus Loot (1673-1753) was een zeer vermogende koopman en bankier. Namens de Republiek der Verenigde Nederlanden was hij commissaris te Lissabon. Als hij niet in Lissabon vertoefde, was hij meestal op zijn landgoed Het Klooster, dat ter hoogte van de huidige Kleverlaan in Haarlem lag. De grote bloei van Zandvoort is pas lang na zijn tijd gekomen, toen het dorp zich in de negentiende eeuw ontwikkelde tot een badplaats van Europese allure. ‘Mede dankzij de investeringen van Joodse ondernemers,’ weet burgemeester Moolenburgh. ‘Tot de treurige ontwikkelingen tijdens de bezetting. De Duitsers sloopten de mondaine hotels, winkels en huizen langs de kustlijn voor de Atlantikwall. Als je foto’s van toen ziet, verschrikkelijk.’
Moolenburgh wil zich graag inzetten voor een groter besef van de lokale geschiedenis bij de Zandvoorters. ‘Het is belangrijk dat mensen zich via de geschiedenis verbonden voelen met hun omgeving. De tentoonstelling leidt op Facebook tot reacties als: “Op school zouden de kinderen moeten leren over Paulus Loot!” Het is een mooi gegeven, iemand te eren die zo belangrijk is geweest. De mensen zijn trots op hun dorp. Er zijn al veel mensen met de lokale geschiedenis bezig, bijvoorbeeld in het Genootschap Oud Zandvoort, die het tijdschrift De Klink uitgeven. Onlangs hadden we de oplevering van de oude dokterswoning op de hoek van de Kerkstraat. Daar woonde ooit “bad-dokter” Gerke. Stadsherstel heeft deze woning in oude luister hersteld. Ook op die manier blijft het verleden levend.’

Historische Kwitantie 

Mooie gemeenschap

Moolenburgh is een geboren Haarlemmer. Had hij een band met Zandvoort voordat hij er burgemeester werd? ‘Vanaf mijn prilste jeugd kwam ik in Zandvoort. Veel dingen heb ik juist daar voor het eerst gedaan. Ik heb er voor het eerst een haring gegeten. Ik ben er voor het eerst naar dansles gegaan, heb er voor het eerst met een bandje opgetreden (DM speelt basgitaar; wdw). De eerste reclameslogan die ik leerde kennen zag ik daar: ‘Geef het door, eet vis van Floor’.
‘We woonden in Haarlem-Zuidwest en Zandvoort was onze achtertuin, of voortuin, het is maar net hoe je het bekijkt. Op school zaten veel kinderen uit Zandvoort in mijn klas. Ik houd gewoon van de zee. Je moet me niet meer dan twintig kilometer van de kust zetten, dan word ik onrustig.’ Moolenburgh bewoont een hoog gelegen appartement aan de zeereep. ‘Bij helder weer kan ik links de kustbebouwing bij Den Haag en de Maasvlakte zien liggen en rechts de pier bij IJmuiden. Het geluid van het ruisen van de zee, heerlijk.’
Wat typeert volgens hem Zandvoort? ‘Het is een mooie gemeenschap. De mensen voelen zich verbonden met hun omgeving. Ze zijn zeer open en toegankelijk, hebben het hart op de tong. En de onderlinge betrokkenheid is groot. De mensen doen veel vrijwilligerswerk; overal loopt dit terug, maar bij ons wordt juist veel door vrijwilligers georganiseerd. Van oudsher is het natuurlijk een gemeenschap die sterk op elkaar aangewezen is. Er zijn maar twee toegangswegen, het heeft toch iets van een enclave. En wat ook typerend is: de dynamiek, die je in andere kustplaatsen zoals Katwijk ook aantreft. De mensen zijn heel ondernemend.’

Duinpieperpad

Moolenburgh kan enthousiast vertellen over de tradities in het dorp. ‘Wist je dat er families zijn, die zeven generatie geleden al in Zandvoort woonden? Wat ook fascinerend is: de aardappelteelt die ontstaan is in de duinen. Je hebt hier nog steeds aardappelteeltverenigingen en historische aardappelveldjes. Ken je het Duinpieperpad, vlak achter het circuit? Sommige strandtenten gebruiken deze aardappelen. Op de Hogeweg worden duinaardappelen verkocht vanuit de kofferbak van een auto.’ Lachend: ‘Het is dat ik geen archivaris ben… Anders zou ik wel in een archief willen werken. Op school was ik het meest geïnteresseerd in Nederlands en geschiedenis.’
Wat doet het met hem, de historische kwitantie van Paulus Loot met eigen ogen te zien? ‘Alleen al dat hij daar voor me op tafel lag. Met het blote oog is de tekst nauwelijks leesbaar. De taal is heel anders. Nu regelen we dergelijke zaken met heel andersoortige documenten. Zo’n stuk papier is heel tastbaar. Wat dat aangaat ben ik best bezorgd. Wat is er over driehonderd jaar nog zichtbaar van onze tijd? Er wordt nu zoveel digitaal gedaan. Zijn er dan nog concrete documenten als dit over?’