Met dank aan Marc de Bruijn, bestuurslid communicatie en P.R., Historische Vereniging Heemstede-Bennebroek
Sinds kort zijn de gemeenteraadsnotulen van Heemstede, van 1907 (toen ze gedrukt werden in plaats van handgeschreven) tot 1990, gedigitaliseerd en volledig doorzoekbaar geplaatst in de Krantenviewer van het Noord-Hollands Archief.
Als bronnen voor lokale geschiedschrijving zijn gemeenteraadsnotulen van essentieel belang. In de notulen van de gemeenteraad kunnen we terugvinden wat er als gemeentelijk beleid is vastgesteld en welke discussies zijn gevoerd. Voor onderzoekers vormen de gemeenteraadsnotulen dan ook de ruggengraat, immers de vastlegging, van het gemeentelijk beleid. Met de gemeenteraadsnotulen van Heemstede die nu gedigitaliseerd zijn is een schatkamer aan gegevens ter beschikking gekomen.
Gemeenteraad van Heemstede in de raadzaal, 1957.
Uitgangspunt van de Gemeentewet van 1851 was dat een door het volk gekozen gemeenteraad als hoogste orgaan voor het gemeentelijk grondgebied verordeningen vaststelt en via de begroting middelen beschikbaar stelt. Burgemeester en wethouders (het college van B&W) waren als dagelijks bestuur binnen de kaders van de gemeenteraad en de rijksoverheid belast met de huishouding van de gemeente en het uitvoeren van wetten. De Gemeentewet is herzien in 1922 en aangepast in 2002, maar het principe is steeds hetzelfde gebleven: de gemeenteraad controleert burgemeester en wethouders. In de praktijk betekent dit dat het College van B&W komt met voorstellen die worden voorgelegd aan de gemeenteraad. Deze keurt goed of af en controleert. In de raad wordt dus het beleid van een gemeente bepaald. Daar worden de budgetten vastgesteld. Daar kun je zien wat de prioriteiten zijn die een gemeente kiest, welke richting een gemeente gaat, welke vorm een gemeente krijgt, wat voor soort samenleving een gemeente voor de bewoners wil zijn. De gemeenteraad is dus de plek waar hét gebeurt. Daarmee zijn gemeenteraadsnotulen van essentieel belang voor onderzoek naar lokale geschiedenis. Dit blijkt bijvoorbeeld uit de volgende gebeurtenissen uit de geschiedenis van Heemstede.
Gemeenteraad voor het raadhuis, 1978.
De Tingel Tangel rel in 1966
Burgemeester van Rappard verbood het optreden van cabaretier Sieto Hoving in het Minerva Theater omdat zijn voorstelling tegen het koningshuis gericht zou zijn, zelfs ‘vuilspuiterij’. In de raadsvergadering van 24 november 1966 wordt het hele geval besproken. Hier blijkt dat Van Rappard de hele voorstelling niet kende, hooguit van horen zeggen. In een heftige discussie in de raad werd de burgemeester flink de oren gewassen en met 13-8 nam men een motie aan dat Van Rappard zijn bevoegdheid te ruim had gedefinieerd en hij in het vervolg beter met het gevoelen van de raad rekening moet houden. Later bevestigde minister Koos Verdam ook nog eens dat Van Rappard te ver was gegaan in zijn interpretatie van artikel 221 van de Gemeentewet. Het verslag van de discussie in deze raadsvergadering is terug te vinden in de gedigitaliseerde notulen.
Mr. A.G.A. ridder van Rappard, burgemeester van Heemstede, één van de hoofdrolspelers in de 'Tingel Tangel rel' in 1966. Portret door C.W. Mandersloot.
Een oost-westverbinding door Heemstede
Sommige zaken spelen continu en komen dan ook steeds terug in de notulen. Verkeer en mobiliteit bijvoorbeeld. Oost-west verbindingen en de Manpadslaan zijn nu weer heel actueel. Via de notulen kun je ontwikkelingen door de tijd heen volgen. Rondom de Manpadslaan bijvoorbeeld. In 1907 komen er petroleumlantaarns, in 1953 een transformatorhuisje, al in 1960 wordt er in de raad gesproken met en over de volkstuinders, die zich anno nu ook flink roeren. In 1969 wordt er heftig gediscussieerd over een oost-westverbinding door Heemstede van de Manpadslaan naar de Haarlemmermeer. Let wel: dwars door Groenendaal en Mariënheuvel. Raadslid Smit is heel stellig: ‘Elke verkeersader die door dit gebied heengaat is in principe onjuist.’ Een jaar later wordt er nog altijd gesproken over allerhande verbindingsroutes, oost-west en noord-zuid. Een Duinpolderweg-avant la lettre. Dan stelt wethouder van Wijk ‘dat de gemeenteraad in eerste plaats geroepen is om het meest nauwgezet te letten op de belangen en noden van de Heemsteedse gemeentenaren’ en dat hij het liefste heeft ‘dat die wegen zover mogelijk van de grenzen van Heemstede vandaan bleven, niet omdat hij daar een ander mee wil opschepen, maar omdat de wegen elders veel minder kwaad doen dan in Heemstede.’ Er wordt onder andere in vergadering van 26 juni 1969 en 12 maart 1970 over gesproken.
Manpadslaan, gezien vanaf de brug over de Leidsevaart, 1991.
1918: verbod op verkoop van rookwaren aan de jeugd
Dr. Droog, altijd bezig om gezondheid te verbeteren in Heemstede, dient in 1918 een voorstel in voor een Aanvulling op de Algemeene Politieverordening. Hiermee kan een gemeente lokaal sturen in het belang van de bevolking, in dit geval de jeugd. Droog wil invoering in Heemstede van een rookverbod op de openbare weg en een verbod op de verkoop van rookwaren aan jeugd, jonger dan 16 jaar. Dokter Droog noemt roken ‘een vergift’. Ouders zien de schade voor gezondheid door het roken niet voldoende in, daarom moet de overheid wel beschermend optreden. Er ontstaat een heftige discussie in de raad. Wat als een kind nu om sigaren komt voor zijn vader, en hij krijgt ze niet mee, dat is toch slecht voor de omzet van de winkelier? Maar, zegt Droog, als hetzelfde kind in een kroeg komt voor drank, krijgt hij of zij het ook niet. In de Arbeidswet en de Drankwet wordt ook voor kinderen gezorgd. Anderen vragen zich af of Heemstede wel zo ver moet gaan? Raadslid Peeperkorn is bang dat snoeplust zo wordt bevorderd en zegt: ‘Ik zie liever een Hollandschen jongen met een sigaar dan met een reep kwatta!’
Dr. E.A.M. Droog
Uiteindelijk wordt het voorstel met een minieme meerderheid aangenomen, met een verlaging van de leeftijdsgrens van 16 naar 14 jaar. Heemstede is er als een van de eerste gemeentes bij met sturende wetgeving, op lokaal gebied, afgetikt door de gemeenteraad en weggeschreven in de notulen. Het besluit viel overigens blijkbaar niet bij iedereen in goede aarde. Enkele dagen er na, op 30 maart, werd in het Haarlem's Dagblad in de rubriek 'Onze Lachhoek' (!) een rijm afgedrukt met als titel 'Beteugeling':