Menu

Uw zoekacties: Oud Rechterlijk Archief (ORA) van Haarlem

3111 Oud Rechterlijk Archief (ORA) van Haarlem

Uitleg bij archieftoegang

Een archieftoegang geeft uitgebreide informatie over een bepaald archief.

Een archieftoegang bestaat over het algemeen uit de navolgende onderdelen:

• Kenmerken van het archief
• Inleiding op het archief
• Inventaris of plaatsingslijst
• Eventueel bijlagen

De kenmerken van het archief zijn o.m. de omvang, vindplaats, beschikbaarheid, openbaarheid en andere.

De inleiding op het archief bevat interessante informatie over de geschiedenis van het archief, achtergronden van de archiefvormer en kan ook aanwijzingen voor het gebruik bevatten.

De inventaris of plaatsingslijst is een hiërarchisch opgebouwd overzicht van beschreven archiefstukken. De beschrijvingen zijn formeel en globaal. Het lezen en begrijpen van een inventaris behoeft enige oefening en ervaring.

Bij het zoeken in de inventaris wordt de hiërarchie gevolgd. De rubrieken in de inventaris maken deel uit van de beschrijving op een lager niveau. Komt de zoekterm in een hoger niveau voor, dan voldoen onderliggende niveaus ook aan de zoekvraag.

beacon
 
 
Inleiding
1. Inleiding
2. Rechtsgebied
3. Rechtspraak en rechtspleging
4. Vierschaar
5. Kleine Bank van Justitie
3111 Oud Rechterlijk Archief (ORA) van Haarlem
Inleiding
5.
Kleine Bank van Justitie
Als gevolg van immigratie uit de Zuidelijke Nederlanden en economische bloei nam de Haarlemse bevolking sterk in aantal toe, van 14.000 in 1550 tot 38.000 een eeuw later. Het aantal rechtszaken hield daarmee min of meer gelijke tred. Het stadsbestuur probeerde daarom schout, schepenen en burgemeesters zo veel mogelijk te ontlasten door allerlei 'commissarissen' in te zetten voor diverse deeltaken. Zo werden huwelijkse zaken, boedelverdelingen en kwesties rond de heffing van de gemenelandsmiddelen – een soort algemene belasting op bezit, vooral voor de bekostiging van oorlogen die de Republiek gevoerd heeft – aan commissarissen toevertrouwd die gewoonlijk door burgemeesters werden geïnstrueerd. Zij op hun beurt volgden besluiten van de vroedschap. Van al deze commissariaten zijn veel fragmenten overgeleverd. In 1661 werd een 'commissaris van de stadskeuren' benoemd die als een soort onderschout fungeerde maar helaas geen registratie heeft nagelaten. Daarentegen is van de Kleine Bank van Justitie zeer veel bewaard gebleven. Vanaf de oprichting in 1613 tot de omzetting naar een ander systeem in 1811 zijn er, met een hiaat tussen 1655 en 1684, bijna 160 banden overgeleverd. Daaruit is af te leiden dat jaarlijks gemiddeld zo’n 500 à 700 zaken aanhangig gemaakt werden, zowel door de officier als door burgers, waarvan ongeveer 75% met een vonnis werden afgesloten. Het betrof keurovertredingen en lichte misdrijven waarvoor geen zwaardere boete dan 40 gulden geëist mocht worden, sinds 1709 tot 50 gulden verhoogd. We moeten in de eerste plaats hierbij denken aan beledigingen en niet-dodelijk geweld. De overgrote meerderheid ging echter over kwesties waarbij 150 gulden de formele limiet was, die echter vaak overschreden werd. Het ging bij deze categorie steeds om niet nakomen van contracten, dus wanbetalingen, wanprestatie, huurachterstand en gederfd loon.
De omvang van dit corpus van bronnen maakt duidelijk hoe belangrijk deze vorm van rechtspraak geweest is. De jaarlijks daarvoor aangewezen vijf commissarissen – drie actief en twee reserve - kregen hun instructies van de 'heeren van het gerecht' en waren zelf ook meestal schepen of ex-schepen. Drie keer per week hielden ze zitting, niet per se voltallig, want ook buiten het stadhuis waren ze actief om situaties te beoordelen en informatie te vergaren. Eisen tot schadevergoeding behandelden ze ook, maar honoreerden ze zelden: meestal werd het een symbolisch bedrag dat ten goede van de armen moest komen. In principe was beroep mogelijk tegen een vonnis in de Kleine Bank bij de schepenbank. Of daarvan weleens gebruik is gemaakt, weten we niet goed. In de Criminele rollen is ervan niets te vinden, terwijl de Civiele rollen te onvolledig zijn om daarover iets te zeggen. De inschakeling van 'procureurs' door burgers was in de eerste keur van 1613 nog verboden. Uit de bronnen zelf en de latere keuren is echter af te leiden dat men daarvan is teruggekomen en allerlei uitzonderingen heeft toegestaan (Keuren en ordonnantien der stad Haerlem, p. 33-36).
6. Rechtscolleges in de Franse Tijd
7. Geraadpleegde literatuur
Erfgoedstuk

Kenmerken

Datering:
1548-1811
Omvang in meters:
85,90
Periode documenten:
1548-1811 (1820)
Openbaarheid:
openbaar
Raadpleegmogelijkheid:
Gebruiksinformatie:
Inventaris inv.nrs. 1-1205. Inv.nr. 949 is vanwege slechte materiële staat niet raadpleegbaar. Inv.nrs. 915-921 (schepentrouwboeken, 1627-1811) en 922 (schepenondertrouwboek, 1729-1732) zijn alleen digitaal te raadplegen. Inv.nrs. 1169-1205 zijn in fotokopieën te raadplegen in de studiezaal. Nadere toegangen: klapper op de lijkschouwingsregisters, 1621-1706, 1787-1807 (inv.nrs. 171-172) in de vorm van een kaartenbak in de studiezaal; regesten en indexen op de 'Schouts criminele rollen' registers van criminele zaken, 1673-1685, 1740-1811 (inv.nrs. 194, 201-208); analyses van en indexen op het vonnisboek (criminele sententies), 1583-1615 (inv.nrs. 248-249); klapper (inv.nr. 856) op de rekeningen van insolvente, gecedeerde en geabandonneerde boedels, 1578-1811 (inv.nrs. 605-855).
Nadere toegangen op de transportregisters: 'Klapper Beresteyn' extracten uit transportregisters, 1470-1609, (alleen van belangrijke families) met index (inv.nrs. 280-291); 'Klappers Dòlleman' regesten en indexen op transporten van het Haarlems patriciaat, 1485-1582, ca. 1960 gemaakt door M. Thierry de Bye Dòlleman (inv.nr. 280); register van regesten en indexen op transportregister, 1639 (inv.nr. 313); indexen op kopers en verkopers in de transportregisters, 1640-1730 (inv.nrs. 314-368), in 1952-1953 gemaakt door A.H. Koning; index op verkopers in de transportregisters, 1773-1782 (inv.nrs. 386-391); index op kopers en verkopers in de transportregisters, 1809-1811 (inv.nrs. 408-412) in de vorm van een kaartenbak in de studiezaal.
Gemeente:
Haarlem